Eerste kennismaking met Vanuatu
Anatom
We zitten binnen, maar tjonge jonge, wat gaat het tekeer buiten. Alles wat je niet goed vastzet valt om. We zijn allebei een beetje zeeziek. Wanneer komen we aan? Als we naar buiten kijken zien we een prachtig tropisch eiland, het is Anatom in Vanuatu en we zijn hier vier dagen geleden al aangekomen. Vanwege een enorme depressie en golven die de baai binnen rollen, liggen we te schudden en te trekken aan ons anker. Nergens is er een plek waar we kunnen ontkomen aan deze golven en we moeten het uit zitten, morgen zal het beter zijn.
Gisteren hebben we met Fitz en Trish van de "Columbus" een enorme wandeling naar een waterval gemaakt. Ze zeiden dat het 4,5 km was, maar na drie uur wandelen en klauteren waren we er nog niet. Bij de zoveelste rivier-oversteek gaven Trish en Dory het op, ondanks dat onze gids Elisa er van overtuigd was dat we er bijna waren. De mannen gingen nog een kwartiertje verder, maar gaven het toen ook op. Geen waterval gezien, maar wel gelunched op grote rotsen in een snel stromende rivier met heerlijk koel drinkwater.
Na twee nachten rollen in ons bed en overdag worstelen met zeeziekte is de wind nog niets minder en de golven lijken zelfs wel erger. De depressie blijft hangen op dezelfde plek. Dan komt Rubin langs. Hij woont zijn hele leven al hier op het eiland Anatom en als bioloog houdt hij het koraal in de omgeving in de gaten. Hij wil ons naar de andere kant van een klein eilandje brengen, genaamd Mistery Island. Je mag er eigenlijk niet ankeren omdat het een natuurreservaat is, maar de storm zal alleen maar erger worden dus het is niet veilig in de baai. In de loeiende storm halen we het anker op en samen met de Columbus varen we, begeleid door Rubin naar onze nieuwe plek. Langzaam wordt het water steeds vlakker maar ook steeds ondieper, op sommige plaatsen zelfs minder dan twee meter. Als we ons anker uitgooien is het zelfs maar negentig centimeter. De wind loeit nog steeds maar we liggen stil op bijna spiegelglad water en onze magen komen weer tot rust. Als de dieptemeter bij laag tij nog maar tien centimeter onder onze kiel aangeeft zijn we wel bezorgd maar gelukkig raken we net niet de zandbodem.
We lopen de volgende dag naar de andere kant van Mistery Island om te kijken hoe het nu in de baai is. De golven zijn gigantisch met witte schuimkoppen die door de harde wind worden weggeblazen, we zijn dankbaar voor onze ondiepe stille prachtige ankerplek. Na twee dagen is de storm voorbij en zeilen we verder.
Tanna
Het is inmiddels donker, de aarde trilt en er komt een enorm ronkend en rommelend geluid uit de grond. Zoveel geweld daar binnen in de aarde en dan opeens een fontein van vuur, gloeiend rode stenen vliegen omhoog en vallen enkele tientallen meters van ons af op de grond. We staan aan de rand van 'Yasur', de actieve vulkaan op het eiland Tanna van Vanuatu. Je mag er vlak bij komen, al denken we dat het best een risico is. De enige veiligheid die wordt geboden is een bord met het opschrift: "Think Safety".
Het is zeer indrukwekkend om de kokende rode lava te zien borrelen in de enorme krater. Op de weg naar de vulkaan, opgepakt in een truck met te veel mensen, zagen we langs de weg al overal stoom. Door het gewicht van de auto wordt de stoom uit de grond gedrukt. Een geweldige ervaring maar we verlaten Tanna snel want we liggen weer te rollen op de ankerplek.
Erromango
Het derde eiland dat we bezoeken is Erromango. We liggen een paar dagen in Dillons Bay, een leuke baai waar een rivier in uitmondt. David bouwt al meer dan een jaar aan een jachtclub en Hans probeert tevergeefs een generator te repareren. We worden uitgenodigd om een avond kava te komen drinken. De kava hier is anders dan de kava in Fiji. Ze vermalen hier de verse wortel en doen er maar een klein beetje water bij waardoor het een veel sterkere smaak en werking heeft. Na een bakje verdooft je mond en voelen we ons al een beetje high. Het smaakt verschrikkelijk maar na het tweede schaaltje proef je dat allang niet meer. Later horen we dat op sommige plekken het gebruikelijk is dat de vrouwen de wortel kauwen en uitspugen om daarvan vervolgens de kava te maken, we weten niet zeker wat we nu gedronken hebben,...
Na een paar dagen vertrekken we naar Port Villa.
Efate
Port Villa is de hoofdstad van Vanuatu en ligt op het eiland Efate. Hier kunnen we de scheepsvoorraad weer aanvullen, sociale contacten met andere zeilers aanhalen en natuurlijk internetten. In een weekend ankeren we een paar mijl verderop, achter Mele Island, een mooie plek maar erg toeristisch. De beloofde vuurdans wordt uitgevoerd door jonge kinderen en is erg primitief, zonde van ons geld. Je mag nergens snorkelen zonder te betalen, en een wandeling naar de waterval kost ook geld. Erg teleurstellend allemaal. Met ons beperkte budget beperken we ons tot het prettig samenzijn met andere cruisers. Terug in Port Villa laten we nog de was doen, vullen de laatste beetjes voorraad aan, we tanken diesel en benzine en vertrekken naar Havannah Harbour, aan de westkust van Efate. Het is een natuurlijke haven, bijna geheel ingesloten door het hoofdeiland Efate en enkele kleinere eilandjes. Hierdoor is het zeer beschut tegen wind uit alle richtingen. In de Tweede Wereldoorlog lagen hier de schepen van de Amerikaanse Marine.
We wandelen langs een rivier en praten veel met de mensen die hier wonen, ze bieden ons vaak fruit en groente aan. Als we vragen naar wat ze verbouwen worden we uitgenodigd door Tjerry en zijn zus om een ochtend op hun landje te komen kijken en werken. Hans helpt met het verbranden van palmboombladeren om zo het land te ontdoen van instecten en Dory haalt onkruid weg tussen de tomatenplanten. Beladen met fruit en groente komen we weer terug aan boord. Het kost vaak moeite om uit te leggen dat we niet te grote hoeveelheden willen.
We bezoeken een Coca-Cola museum, een open gebouwtje vol met oude colaflesjes uit de Tweede Wereldoorlog en nog wat andere bezienswaardigheden.
We wachten lang op minder wind en vertrekken wellicht iets te vroeg naar Nguna, een eiland vlak ten noorden van Efate.
Naar Epi
Onderweg krijgen we behoorlijk op ons donder, er staat ook een ongunstige stroming en de laatste drie mijl moeten we tegen de wind in kruisen met de motor aan om zo met slechts één knoop per uur ons doel te naderen. Tot vlakbij de ankerplek lijkt het net alsof we er niet rustig kunnen liggen maar eindelijk, als we tot een halve mijl zijn genaderd blijkt dat het water rustiger wordt. We laten het anker zakken en hebben eindelijk rust. Drie uur hebben we gedaan over de laatste drie mijl. De volgende ochtend vertrekken we naar Emae. Het weer is aanzienlijk verbeterd, de tocht is mooi en we vinden een ondiepe ankerplek waar we de ankerketting precies tussen het koraal op het zand kunnen draperen. De wind zal deze nacht niet draaien zodat we de volgende dag het anker weer kunnen ophalen zonder ook maar iets van het prachtige koraal in deze baai aan te raken.
Dan zeilen we naar de baai van Revelieu op het eiland Epi.
Epi
We liggen erg rustig geankerd in de baai van Revelieu. Naast ons ligt de "Etosha", een zestien meter lange zeilboot uit Australië met Sue en Rod en hun drie kinderen. Om de benen weer eens te strekken gaan we aan wal en maken erg makkelijk contact met de lokale bevolking. We ontmoeten Lucy, die redelijk Engels spreekt en vragen honderduit over hun leven. We kijken op het "dorpsplein" waar de kava wordt gestampt. Stukjes wortel van de kava-plant gaan in een grote holle buis. Vervolgens stampen ze het met een stok fijn zodat het sap eruit komt. Nog een klein beetje water erbij en het is klaar. Hygiëne? Daar denken ze niet aan. We worden uitgenodigd om in de middag dit goedje te komen drinken. Als we terug komen duikt Dory met Lucy het kookhutje in en ziet hoe de avondmaaltijd wordt bereidt. Lucy raspt een grote wortel en haar kinderen van vier en zes jaar oud brengen nootjes binnen die ze uit vruchten halen door er met een steen op te slaan. De nootjes zijn lekker en erg voedzaam. Hans en Rod van de "Etosha" zitten ondertussen met de mannen op het dorpspleintje kava te drinken. Hier is het drinken van kava niet zo cermonieel als in Fiji en vrouwen drinken het ook. Dory drinkt slechts één schaaltje en een klein beetje high komen we weer terug aan boord.
Een dag later is Hans ziek en we horen dat Rod ook ziek is. Allebei hebben ze last van buikloop en misselijkheid. Gelukkig is het na een dagje weer over.
Lamen Bay
Al weken geleden lazen we in een gids dat Lamen Bay op Epi de uitgelezen plek is om zeekoeien te zien en dat is niet ver hier vandaan. Het weer is niet geweldig maar toch maken we de boot zeilklaar en varen slechts een paar uurtjes om in Lamen Bay het anker weer te laten zakken. Helaas, ons zeekoe-avontuur loopt uit op één grote teleurstelling. Lagen er in de avond nog zeker elf boten in de baai, de volgende ochtend zien we de laatste alweer vertrekken. Het rolt en schommelt hier als nooit tevoren. De hele nacht hebben we geen moment stil gelegen en de buikloop van de kava heeft inmiddels ook Dory geveld. We horen dat de enkele zeekoe hier in de baai maar zelden te zien is en dat doet voor ons de deur dicht. Varen met het idee dat je elk uur op de WC zit is geen goed plan dus deze dag blijven we nog en morgen vertrekken we naar de Maskulines, ten zuiden van het eiland Malakula, maar daarover de volgende keer meer.